Hou jij van buiten? En heb je nog geen vakantieplannen? Lees dan snel verder….
Op fietsvakantie met je kinderen kan al heel snel. Eigenlijk zou je al vanaf dat je kindje goed kan zitten op een fietsvakantie kunnen gaan. De invulling van zo’n vakantie hangt natuurlijk wel een beetje af van de leeftijd van je kind(eren) en jouw instelling. De gouden tip is om niet het fietsen maar je kind(eren) centraal te zetten. Hoe je dat doet, lees je hieronder.
Wat voor soort fietsvakantie kies je
Al kan je kind al goed fietsen, om een week lang elke dag van de ene plaats naar de andere te fietsen is wel een ander verhaal. Bedenk daarom vooraf goed wat je kind aankan en wat jij wil. Elke dag een stukje fietsen of liever om de paar dagen? Alles alleen op de fiets of doe je stiekem een stukje trein tussendoor voor de grotere afstand. Of ga je met juist de auto naar een hoofdbestemming en maak je elke dag een fietstochtje? Het kan allemaal, als jij er maar blij van wordt.
De do’s en de don’ts
Natuurlijk zijn er een aantal dingen die je beter kunt laten. Zoals alleen maar dagenlang fietsen. Kinderen raken niet alleen verveeld van steeds maar verder ze zijn op hun kleine fietsjes of bij jou in het zitje, ook veel eerder moe. Hieronder de do’s en don’ts bij een fietsvakantie.
- Laat je kind(eren) voor een deel ook mee kiezen en kijk ook goed wat zij aankunnen en leuk vinden.
- Zet na elke fietstocht een kleine beloning in het vooruitzicht zoals een leuke speeltuin onderweg, een ijsje in de middag of het zwembad op de plaats van bestemming.
- Zorg voor korte en liefst afwisselende (dag)routes.
- Fiets niet elke dag en/of leg bepaalde trajecten af met de trein.
- Neem onderweg regelmatig de tijd voor een (korte) pauze en liefst op een plek waar iets te doen is voor je kind. Denk aan pootje baden bij een rustig riviertje, een klimboom of een klein dierenparkje. Een voetbal of vlieger mee om even anders bezig te zijn, is ook een goed idee.
- Laat op de veilige stukken je kind(eren) voorop fietsen en bijvoorbeeld de route aangeven. Zo bepalen ze ook mee het tempo en merk je sneller of het al tijd is voor een minibreak.
- Besef dat de route zelf een onderdeel van je vakantie is en niet alleen de manier om van a naar b te gaan. Met kleinere kinderen kun je je er maar beter op instellen dat je qua kilometers fietsen minder ver gaat. En dat is prima toch, want je hoeft echt niet ver te fietsen om een fijne vakantie te hebben.
Zorg dat zelf fietsen veilig fietsen is
Is je kind groot genoeg om zelf te fietsen, zorg dan ook dat voor je op vakantie gaat dat ook de kinderfiets goed nagekeken is. Bedenk ook dat je dochter op haar kleine meisjesfiets 16 inch heel wat meer trapbewegingen maakt dan jij op je grote 28 inch fiets en dus veel eerder moe is. Kijk daarom of de fiets van je zoon of dochter nog wel past. Een goede test is om ze op de fiets te laten zitten en te kijken of ze goed bij de grond kunnen zonder gebogen beentjes. Is de fiets eigenlijk te klein geworden? Net voor je fietsvakantie is het moment is om meteen te kijken naar een nieuwe iets grotere jongens- of meisjesfiets. Daar hebben ze dan na de vakantie ook meteen plezier van.
Nog niet toe aan zelf fietsen?
Zijn je kinderen nog te klein of is de route niet geschikt voor kleine beentjes? Dan zijn er ook leuke andere oplossingen. Denk aan het kinderzitje voor of achter op de fiets maar ook aan een fietskar of aanhangfiets. Zorg er wel altijd voor dat de veiligheid voorop staat. Hou er daarnaast ook rekening mee dat kleine kinderen op de fiets vaak sneller in slaap vallen. Zorg dus dat het hoofdje van je kind, ook als het slaapt, goed gesteund wordt.
Zelf meefietsen met de aanhangfiets is ook een leuke optie. Deze hangt achter jouw fiets en maar je kind kan wel zelf meetrappen. Heb je meerdere kinderen is regelmatig afwisselen een heel goed plan. Je zet één kind op de aanhangfiets en de andere achterop. Is de ene een beetje moe dan ruil je even. is de ander aan de beurt.